Neuroloog en golfer Erik van Wensen onderzoekt het fenomeen
Tekst: Edwin Alblas Beeld: Ronald Speijer
magazine
Gezondheid
“De yips is alsof je de hik hebt”
Lees meer
Lees meer
Lees meer
Jarenlang deed hij zijn studie naar de yips er dus een beetje bij. Maar de fascinatie nam ernstigere vormen aan. Het eerste onderzoekje deed hij op zijn eigen club. Van Wensen stuurde de leden van de Rosendaelsche een survey toe. Een kwart reageerde. “Een onderzoek op basis van een vragenlijst, daar kun je natuurlijk genoeg gaten in schieten. Maar het was een eerste stap.”
Om te laten zien wat de yips precies zijn, kijk hier naar tourpro Ernie Els die een 6-putt maakt op de eerste hole tijdens de Masters in 2016.
Veel golfers weten hun eerste keer nog.” Vier jaar later overleed zijn vader, voor wie deze vorm van taakspecifieke dystonie ook niet vreemd was. Op diens begrafenis beloofde hij hem om op zoek te gaan naar de oplossing voor de yips. Niet lang daarna voegde hij de daad bij het woord.
Erkenning
Idealiter moet de stichting Sports Dystonia Foundation op termijn ook andere onderzoekers, wetenschappers en neurologen financieel helpen. En het gaat verder dan golf. Ook schaatsers (zwabbervoet), darters (darteritus), biljarters (keuitus), basketballers, muzikanten en schrijvers kunnen worden getroffen door een taakspecifieke dystonie. “Ik doe het niet voor de euro’s, maar ik denk dat ik een wetenschappelijke goudmijn in handen heb.” Ook wil hij erkenning voor het probleem. “Als een golfer met yips zich bij de dokter meldt, krijgt hij of zij vaak te horen dat hij toch gewoon een andere sport kan gaan doen. Alsof je tegen een violist zegt: dan ga je toch lekker drummen!”
Toekomst
Van Wensen is al zestien jaar neuroloog, lang met de ziekte van Parkinson als zijn specialisatie. “Als ik in de stad wandel, zie ik die patiënten lopen. Mijn brein is wat dat betreft zo gedeformeerd. Op de golfbaan denk ik ook te zien wie de yips heeft. Aan de manier waarop ze putter vasthouden bijvoorbeeld. Als ze de putt missen, zie ik die extra beweging. Maar ik zal nooit naar een golfer toestappen om het hem mee te delen.
Nu al weet Van Wensen dat hij nooit meer terugkeert als fulltime neuroloog. Hij is ervan overtuigd dat dit ‘groter’ wordt en hem altijd zal bezighouden. Hij gaat meer onderzoek doen, meer artikelen schrijven over zijn bevindingen en aantonen dat de yips een neurologische stoornis is. Over vijf jaar hoopt hij zijn promotieonderzoek af te ronden. Maar dan is hij er nog niet. Het bewijs wat het is en dat het er is, daar zijn sporters niet in geïnteresseerd. “Ze willen de oplossing horen. En wat denk je van preventie!”
Het is jammer, zegt hij, dat zijn vader dit niet meer meemaakt. “Maar ik weet hoe het in het leven kan gaan. Ik had het er laatst nog met mijn moeder over. Mijn vader was ook neuroloog en we zouden waarschijnlijk samen hierover artikelen hebben geschreven. Hij zou dit ongelooflijk mooi hebben gevonden.”
Uniformiteit
Uit die eerste bevindingen viste hij op dat het met name bij mannen voorkomt. Mannen ook die al wat langer en beter golfen, bij eerstegraads familieleden en golfers die roken. Intussen vergaarde hij meer kennis door er veel over te lezen. “En dan lijken er veel verschillende vormen van de yips te zijn. Ik miste in de artikelen uniformiteit. Neurologen, sportpsychologen en sportwetenschappers, allemaal bekeken ze het door hun eigen bril. Sommigen zeggen dat het door angst wordt gestuurd, anderen zien veel meer varianten. Ik denk dat er niet zoveel varianten zijn als zij zeggen. Je hebt de hik-variant, waarbij je als het ware tijdens de beweging kort verkrampt en je hebt de variant waarbij de hele arm bevriest. Ik denk dat 90 procent van de golfers de hik-variant heeft.”
Promoveren
Van Wensen schreef een eerste artikel over de yips in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde, samen met collega-neuroloog Bart van de Warrenburg uit het Radboudumc en ging te rade bij hoogleraar Marina de Koning in het UMC Groningen, beiden experts op het gebied van bewegingsstoornissen. Een tweede artikel over het onderzoek op de Rosendaelsche volgde al snel in het internationale neurologische vakblad Tremor and Other Hyperkinetic Movements. Van Wensen miste in het spectrum de blik van een golfende, yippende neuroloog en trok de enige juiste conclusie: dat moet ik dan maar zijn. Van de Warrenburg en De Koning moedigden hem aan. De laatste voegde daar nog aan toe dat hij zich dan ook maar zou moeten bekwamen tot expert op dit gebied. En hierop promoveren. Anders luistert niemand naar je.
“Nu ga ik helemaal los. Het brengt mij zoveel, de yips. Die wijzer slaat naar de positieve kant uit, ook al heb ik het zelf ook. Natuurlijk baal ik als ik een rondje verknal, maar ik heb handicap 7, ben vader van drie gezonde kinderen, heb een prachtig vak en een mooie, uit de hand gelopen hobby.” Met een andere manier van vasthouden kan Van Wensen bij het putten zelf redelijk om de yips heen werken. “Maar nu steekt bij het chippen het monster opnieuw de kop op.” Zoals tijdens een golftripje in Ierland met vrienden, die met stomheid waren geslagen. Erik, wat was dat nou voor iets raars? Maar Van Wensen jubelde: ‘hier doe ik dus al zeven jaar onderzoek naar!’
Rigoureus besluit
Aan passie geen gebrek. Tijd was zijn grootste vijand. Met een vijfdaagse werkweek als neuroloog in het Gelre ziekenhuis ontbeerde hij eigenlijk de ‘ruimte’ om zijn studie serieus op te pakken. Dat dwong Van Wensen tot een rigoureus besluit: hij verkocht een kwart van zijn aandeel in de vakgroep en ging met instemming van zijn partners twee dagen minder werken. Ook met de goedkeuring van zijn echtgenote, die meer ging werken om het financiële gat te compenseren. Die gewonnen twee dagen per week brengt hij veel door op zijn werkkamer. “Twee, drie jaar moet het op deze manier kunnen. Daarna zullen we andere financiële oplossingen moeten gaan vinden.”
Met de oprichting van een stichting is daar al een voorschot op genomen. Hij hoopt op donaties van vermogende golfers, steun van de Koninklijke Nederlandse Golf Federatie en zelfs de R&A in Schotland. “Dit komt bij vijf procent van de gewone golfers voor en dat is nog een lage schatting. Dat geeft grote organisaties ook de verantwoordelijkheid om er iets mee te doen. En als zij aanhaken, opent dat weer andere deuren.” Misschien wel binnenkort in de Verenigde Staten, waar hij over zijn onderzoek mag spreken op het World Scientific Congress of Golf, dat ook wordt bijgewoond door Bernhard Langer, die jaren last heeft gehad van de yips. “Ik hoop hem daar te tackelen voor mijn onderzoek en de stichting.”
Voorgeschiedenis
Nu is een nadere kennismaking annex introductie zeker nog nodig, want beroemd is hij nog niet. Faam is overigens niet iets dat hij nastreeft. Hij wil een expert worden op het gebied van de yips.
Een stukje voorgeschiedenis. Ergens in 2005 staat Van Wensen op de golfbaan van zijn club de Rosendaelsche en wordt hij ‘getroffen’ door de yips. Bij Van Wensen uit zich dat in een hapering van een ingezette golfbeweging, met bijvoorbeeld de putter. Door hemzelf in Jip en Janneke-taal omschreven als ‘de hik’. Alsof je de hik hebt, beter gezegd. Veroorzaakt door een onwillekeurige samentrekking van twee spiergroepen, die eigenlijk niet tegelijkertijd in actie zouden moeten komen, maar toch tegelijk ‘vuren’.
Yips
Van Wensen besefte op het moment zelf direct wat hem was overkomen. Hij had de yips. “Ik weet nog precies wanneer het was en waar op de golfbaan het gebeurde.
De werkkamer van Erik van Wensen op de FSG Sportcampus in Apeldoorn, waar een netwerk van woonruimte, onderwijs, trainingsfaciliteiten, medische zorg en individuele begeleiding floreert, is een bezienswaardigheid op zich. Het groene tapijt met hier en daar een uitsparing voor een cup is geen alledaagse kantoorvloer. In de hoek van de vierkante indoor-oefengreen annex testlocatie, bij het raam, staat zijn bureau. Wat verder opvalt: hier en daar een plukje vakliteratuur. Aan de wand hangen posters, sportattributen en krantenknipsels. Die laatste verzameling noemt hij zijn Wall of Fame, want langzamerhand begint zijn werk buiten de muren op te vallen. In Nederland, maar zeker ook over de landsgrenzen. Daarover later meer.
De yips drijft sommige golfers tot wanhoop. Maar niet Erik van Wensen. Voor de golfende neuroloog is het een uit de hand gelopen hobby.
magazine
Tekst: Edwin Alblas Beeld: Ronald Speijer
Neuroloog en golfer Erik van Wensen onderzoekt het fenomeen
“De yips is alsof je de hik hebt”
GEZONDHEID
magazine
Erkenning
Idealiter moet de stichting Sports Dystonia Foundation op termijn ook andere onderzoekers, wetenschappers en neurologen financieel helpen. En het gaat verder dan golf. Ook schaatsers (zwabbervoet), darters (darteritus), biljarters (keuitus), basketballers, muzikanten en schrijvers kunnen worden getroffen door een taakspecifieke dystonie. “Ik doe het niet voor de euro’s, maar ik denk dat ik een wetenschappelijke goudmijn in handen heb.” Ook wil hij erkenning voor het probleem. “Als een golfer met yips zich bij de dokter meldt, krijgt hij of zij vaak te horen dat hij toch gewoon een andere sport kan gaan doen. Alsof je tegen een violist zegt: dan ga je toch lekker drummen!”
Toekomst
Van Wensen is al zestien jaar neuroloog, lang met de ziekte van Parkinson als zijn specialisatie. “Als ik in de stad wandel, zie ik die patiënten lopen. Mijn brein is wat dat betreft zo gedeformeerd. Op de golfbaan denk ik ook te zien wie de yips heeft. Aan de manier waarop ze putter vasthouden bijvoorbeeld. Als ze de putt missen, zie ik die extra beweging. Maar ik zal nooit naar een golfer toestappen om het hem mee te delen.
Nu al weet Van Wensen dat hij nooit meer terugkeert als fulltime neuroloog. Hij is ervan overtuigd dat dit ‘groter’ wordt en hem altijd zal bezighouden. Hij gaat meer onderzoek doen, meer artikelen schrijven over zijn bevindingen en aantonen dat de yips een neurologische stoornis is. Over vijf jaar hoopt hij zijn promotieonderzoek af te ronden. Maar dan is hij er nog niet. Het bewijs wat het is en dat het er is, daar zijn sporters niet in geïnteresseerd. “Ze willen de oplossing horen. En wat denk je van preventie!”
Het is jammer, zegt hij, dat zijn vader dit niet meer meemaakt. “Maar ik weet hoe het in het leven kan gaan. Ik had het er laatst nog met mijn moeder over. Mijn vader was ook neuroloog en we zouden waarschijnlijk samen hierover artikelen hebben geschreven. Hij zou dit ongelooflijk mooi hebben gevonden.”
Rigoureus besluit
Aan passie geen gebrek. Tijd was zijn grootste vijand. Met een vijfdaagse werkweek als neuroloog in het Gelre ziekenhuis ontbeerde hij eigenlijk de ‘ruimte’ om zijn studie serieus op te pakken. Dat dwong Van Wensen tot een rigoureus besluit: hij verkocht een kwart van zijn aandeel in de vakgroep en ging met instemming van zijn partners twee dagen minder werken. Ook met de goedkeuring van zijn echtgenote, die meer ging werken om het financiële gat te compenseren. Die gewonnen twee dagen per week brengt hij veel door op zijn werkkamer. “Twee, drie jaar moet het op deze manier kunnen. Daarna zullen we andere financiële oplossingen moeten gaan vinden.”
Met de oprichting van een stichting is daar al een voorschot op genomen. Hij hoopt op donaties van vermogende golfers, steun van de Koninklijke Nederlandse Golf Federatie en zelfs de R&A in Schotland. “Dit komt bij vijf procent van de gewone golfers voor en dat is nog een lage schatting. Dat geeft grote organisaties ook de verantwoordelijkheid om er iets mee te doen. En als zij aanhaken, opent dat weer andere deuren.” Misschien wel binnenkort in de Verenigde Staten, waar hij over zijn onderzoek mag spreken op het World Scientific Congress of Golf, dat ook wordt bijgewoond door Bernhard Langer, die jaren last heeft gehad van de yips. “Ik hoop hem daar te tackelen voor mijn onderzoek en de stichting.”
Promoveren
Van Wensen schreef een eerste artikel over de yips in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde, samen met collega-neuroloog Bart van de Warrenburg uit het Radboudumc en ging te rade bij hoogleraar Marina de Koning in het UMC Groningen, beiden experts op het gebied van bewegingsstoornissen. Een tweede artikel over het onderzoek op de Rosendaelsche volgde al snel in het internationale neurologische vakblad Tremor and Other Hyperkinetic Movements. Van Wensen miste in het spectrum de blik van een golfende, yippende neuroloog en trok de enige juiste conclusie: dat moet ik dan maar zijn. Van de Warrenburg en De Koning moedigden hem aan. De laatste voegde daar nog aan toe dat hij zich dan ook maar zou moeten bekwamen tot expert op dit gebied. En hierop promoveren. Anders luistert niemand naar je.
“Nu ga ik helemaal los. Het brengt mij zoveel, de yips. Die wijzer slaat naar de positieve kant uit, ook al heb ik het zelf ook. Natuurlijk baal ik als ik een rondje verknal, maar ik heb handicap 7, ben vader van drie gezonde kinderen, heb een prachtig vak en een mooie, uit de hand gelopen hobby.” Met een andere manier van vasthouden kan Van Wensen bij het putten zelf redelijk om de yips heen werken. “Maar nu steekt bij het chippen het monster opnieuw de kop op.” Zoals tijdens een golftripje in Ierland met vrienden, die met stomheid waren geslagen. Erik, wat was dat nou voor iets raars? Maar Van Wensen jubelde: ‘hier doe ik dus al zeven jaar onderzoek naar!’
Uniformiteit
Uit die eerste bevindingen viste hij op dat het met name bij mannen voorkomt. Mannen ook die al wat langer en beter golfen, bij eerstegraads familieleden en golfers die roken. Intussen vergaarde hij meer kennis door er veel over te lezen. “En dan lijken er veel verschillende vormen van de yips te zijn. Ik miste in de artikelen uniformiteit. Neurologen, sportpsychologen en sportwetenschappers, allemaal bekeken ze het door hun eigen bril. Sommigen zeggen dat het door angst wordt gestuurd, anderen zien veel meer varianten. Ik denk dat er niet zoveel varianten zijn als zij zeggen. Je hebt de hik-variant, waarbij je als het ware tijdens de beweging kort verkrampt en je hebt de variant waarbij de hele arm bevriest. Ik denk dat 90 procent van de golfers de hik-variant heeft.”
Jarenlang deed hij zijn studie naar de yips er dus een beetje bij. Maar de fascinatie nam ernstigere vormen aan. Het eerste onderzoekje deed hij op zijn eigen club. Van Wensen stuurde de leden van de Rosendaelsche een survey toe. Een kwart reageerde. “Een onderzoek op basis van een vragenlijst, daar kun je natuurlijk genoeg gaten in schieten. Maar het was een eerste stap.”
Om te laten zien wat de yips precies zijn, kijk hier naar tourpro Ernie Els die een 6-putt maakt op de eerste hole tijdens de Masters in 2016.
Veel golfers weten hun eerste keer nog.” Vier jaar later overleed zijn vader, voor wie deze vorm van taakspecifieke dystonie ook niet vreemd was. Op diens begrafenis beloofde hij hem om op zoek te gaan naar de oplossing voor de yips. Niet lang daarna voegde hij de daad bij het woord.
Voorgeschiedenis
Nu is een nadere kennismaking annex introductie zeker nog nodig, want beroemd is hij nog niet. Faam is overigens niet iets dat hij nastreeft. Hij wil een expert worden op het gebied van de yips.
Een stukje voorgeschiedenis. Ergens in 2005 staat Van Wensen op de golfbaan van zijn club de Rosendaelsche en wordt hij ‘getroffen’ door de yips. Bij Van Wensen uit zich dat in een hapering van een ingezette golfbeweging, met bijvoorbeeld de putter. Door hemzelf in Jip en Janneke-taal omschreven als ‘de hik’. Alsof je de hik hebt, beter gezegd. Veroorzaakt door een onwillekeurige samentrekking van twee spiergroepen, die eigenlijk niet tegelijkertijd in actie zouden moeten komen, maar toch tegelijk ‘vuren’.
Yips
Van Wensen besefte op het moment zelf direct wat hem was overkomen. Hij had de yips. “Ik weet nog precies wanneer het was en waar op de golfbaan het gebeurde.
De werkkamer van Erik van Wensen op de FSG Sportcampus in Apeldoorn, waar een netwerk van woonruimte, onderwijs, trainingsfaciliteiten, medische zorg en individuele begeleiding floreert, is een bezienswaardigheid op zich. Het groene tapijt met hier en daar een uitsparing voor een cup is geen alledaagse kantoorvloer. In de hoek van de vierkante indoor-oefengreen annex testlocatie, bij het raam, staat zijn bureau. Wat verder opvalt: hier en daar een plukje vakliteratuur. Aan de wand hangen posters, sportattributen en krantenknipsels. Die laatste verzameling noemt hij zijn Wall of Fame, want langzamerhand begint zijn werk buiten de muren op te vallen. In Nederland, maar zeker ook over de landsgrenzen. Daarover later meer.
De yips drijft sommige golfers tot wanhoop. Maar niet Erik van Wensen. Voor de golfende neuroloog is het een uit de hand gelopen hobby.